Dag 16: Page

We zijn het roadtrippen al goed gewend: hier in Page blijven we 2 nachten en dat voelt al als ‘lang’, eens niet gewoon ’s avonds toekomen, slapen en weer door maar echt een volle dag ter plaatse blijven.

Deze ochtend staat de wekker om 5 uur, want om 6u moeten we inchecken aan het kantoortje voor de boottocht. Officieel heet het een ‘rafting trip’ maar stel je geen wilde rafting voor, de Colorado is op deze plek een rustig kabbelende rivier en we varen gewoon mee met de stroom. Er is even een probleempje: op mijn documenten staat dat het vandaag is maar in hun computer staan wij bij morgen pas ingeroosterd 😮 Geen idee hoe ik dat gefikst heb toen ik maanden geleden de boeking deed. Gelukkig begrijpen ze dat we hier nu wel staan dus na overleg zeggen ze dat het oké is. We zorgen maar dat we niet als laatste in de bus en boot zitten want stel dat er plaatsen te kort zijn 😉

We krijgen wat uitleg en reddingvesten voor de jongens en moeten door een securitycontrole voor we op de bus mogen. We mogen in dit gebied immers géén wapens meenemen. In de rest van Amerika is dat geen probleem, maar hier even niet, dus.

De bus brengt ons door een 3 kilometer lange tunnel naar de onderkant van de Glen Canyon Dam. Daar moeten we een hondertal meter stappen naar de raft. Omdat de brug, met daarnaast het Visitor Center waar we gisteren waren, meer dan 200m hoog boven ons is, en je maar nooit weet of daar iets van naar beneden valt, moeten we even een bouwhelm op. Maar eens we in de raft gaan mag die alweer af.

Natuurlijk moeten er ook vanuit deze hoek foto’s van de Dam genomen worden 😉

Daarna start een boottocht van enkele uren op de Colorado. We zijn met een twintigtal mensen op de boot. De gids is een vogelfanaat maar we zien weinig spectaculaire vogels, vooral veel ooievaars.

Het is een speciale plek om te varen, vind ik. Het is onmogelijk om vanaf de zijkanten tot hier af te dalen – en naar boven kan je al helemaal niet klimmen. Alleen per boot kan je hier komen. De rivier kronkelt en kronkelt, we kunnen nooit verder kijken dan de volgende bocht.

We maken een stop bij een plek waar we nog ‘petrogliefen’, oude rotstekeningen kunnen zien. We mogen ook iets eten, maar alleen in de boot: als alle bezoekers hier op het strandje eten dan zullen ze kruimels laten vallen, die kruimels trekken ratten aan die dan weer slangen aantrekken (gezellig) en in geen tijd zou het hele strandje te onveilig zijn om met de boot te mogen stoppen. Oké dan, in dat geval kruimelen de jongens wel op de boot!
Er zijn daar trouwens ook (compost)toiletten dus alles is goed geregeld.

poseren bij de raft
petroglief

Bij de muurschilderingen zien we ook de naam ‘Trent’. In 2010 vond een zekere Trent het namelijk een goed idee om hier zijn naam in de stenen te krassen. Tegen dat de boot op het eindpunt aankwam, had de volgende gids het al opgemerkt en de politie opgeroepen. Die moest alleen maar ‘Trent?’ roepen en de man die ‘Yeah what?’ riep, oppakken. ’t Zal ook niet van slimmigheid geweest zijn, zeker.

Wie wil mag ook even zwemmen. Als we weer vertrekken, trekt de gids een zak met blikjes limonade van onder de boot om uit te delen, die bleven lekker koel in het water van de rivier. We varen verder en komen in Horseshoe Bend, waar we gisteren boven stonden! Als we goed kijken, kunnen we 300 meter boven ons de instagrammers foto’s zien nemen 😉

We varen verder, de canyon wordt steeds hoger en hoger (of dieper en dieper?), op het hoogste punt zitten we 1 kilometer dieper dan de kliffen boven ons. Een kilometer he! We zien ook wilde paarden baden in de river.

En dan ineens, alsof het met de schaar is afgesneden, is het voorbij. Hier zijn helemaal geen kliffen meer, alleen verpulverde rotsen. Daardoor besef je nog meer hoe uitzonderlijk het is dat de canyon die we gezien hebben er wél nog steeds staat!

De bus brengt ons terug naar het kantoortje en vandaar rijden we naar ‘ons’ motel om te lunchen.
Daarna rijden we naar Lake Powell, ook vlakbij, daar is het water best warm en kunnen we zwemmen. Lake Powell is het stuwmeer van de Glen Canyon Dam. Misschien heb je er al over gelezen, de laatste jaren is het ferm aan het opdrogen doordat het te weinig regent. We moeten inderdaad niet naar het ‘oude strand’ want daar komt het water niet meer. De nieuwe parkeerplaats waar we de auto achterlaten is eigenlijk de vroegere trailerhelling om boten te water te laten. Die kunnen ze niet meer gebruiken want de onderkant komt dus niet meer tot aan het water. In de plaats daarvan gebruiken ze de helling als parking en is er een strand aangelegd.

Op mijn foto lijkt het er rustig, maar dat ligt aan de kadrering van de goeie fotograaf 😉 Het voelt een beetje als het strand van Middelkerke met hele families die partytenten hebben meegebracht en zich voor een ganse dag hebben geïnstalleerd. Er zijn ook tieners met enorme opblaasbare flamingo’s en zwanen. Ik ben geen zo’n zwemmer dus ik lees een boek en red iemands wandelschoenen die ik zie langsdrijven uit het water. Mijn gsm kan ik niet gebruiken want die is uitgevallen wegens hitte-alarm.

Na het zwemmen hebben we nog een afspraak: de Lower Antelope Canyon bezoeken. Dit is een slot canyon, een smalle kloof uitgesleten door een rivier. De Canyon ligt in Navajo-gebied, de navajo’s zijn dus de enigen die hem mogen uitbaten.

Ik zal daar niet te veel over zeggen want er valt weinig anders te zeggen dan WAUW. Bekijk de foto’s maar, en bedenk dat het in het echt nog 100 keer mooier was:

Ongelofelijk, toch? Buitenaards…

Hier kwamen we uit de grond gekropen, de canyon is dus de spleet die je ziet

We hebben geen keukentje en willen graag op ons terras eten dus halen we een bestelling op bij Pizza Hut. Ze hebben een deal voor 3 medium pizza’s. Als we de doos krijgen, denk ik: oei, zitten daar 3 pizza’s in, die zullen toch ook niet groot zijn? Maar dat blijkt goed mee te vallen: het zijn vierkante pizza’s dus de doos zit voller dan ik dacht 😀

zoiets, maar dan met 3 pizza’s

Morgen rijden we naar Monument Valley, zin in!

Dag 15: Bryce Canyon – Page

Pfiew, als je tot hier geraakt bent: chapeau! We zijn inmiddels halverwege onze reis.

Na 2 weken is vandaag voor het eerst een ‘continental breakfast’ inbegrepen bij ons hotel. Nomnom, we zijn benieuwd!

Na aankomst blijkt dat we euhm… eigenlijk liever ontbijt hebben van ons eigen continent… 😀

Niet dat het zo erg is ofzo, we kunnen onze buikjes wel vullen. Maar ik denk dat onze hersenen toch wat waren voorbereid op de lekkere dingen die wij associëren met een hotel-ontbijt-buffet: croissantjes of stokbrood of op zijn minst lekker brood, yoghurt, misschien wat roerei met spek of zelfs een pannenkoekje. Dat is er allemaal niet. Wel zijn er blueberry muffins maar die smaken wat raar, cornflakes maar het zijn Froot Loops en die lusten de kinderen niet. Er is ook toastbrood dat je kan toasten in een soort lopende band voor toast en wat soorten kleine gebakjes waarvan enkele wel lekker zijn. Fruit is er ook niet. De frisdrankautomaat staat wel al aan, vul gerust je beker van 750 ml hoor! 😮

Froot Loops

Ik vind wel warme-chocomelk-poeder en ga vragen of ik dat in melk of water moet oplossen om chocomelk te krijgen. In water, blijkbaar, maar er wordt mij wel aangeraden om er een zakje ‘half om half’ poeder bij te doen, half melk half room, dan wordt die nog lekkerder. Is wel heerlijk inderdaad 😀

Enfin, we pakken in en rijden naar de parkeerplaats van waar we onze wandeling in Bryce Canyon zullen starten. We lopen vandaag de ‘Navajo Loop’ met een stukje ‘Queens Garden Trail’ en terug naar boven via ‘Wall Street’. Klinkt ingewikkeld, maar volgens het internet kan je zo alle mooiste stukken van Bryce combineren. En als’t op internet staat, zal het wel waar zijn zeker.

Maar zèg! 😮

De wandeling is (natuurlijk) (weer) prachtig. We stappen tussen de hoodoo’s, zigzaggend naar beneden. Dat moeten we dus straks wel weer allemaal terug naar boven, maar dat zijn zorgen voor later.

De jongens zijn om één of andere reden in topvorm deze ochtend (nu ik dit opschrijf bedenk ik: door al die suiker bij hun ontbijt? :D) en sjezen maar door, Meneer en ik moeten moeite doen om hen bij te houden. En wij dachten vooraf nog ‘gaan die jongens dat wel trekken, zoveel moeten wandelen op vakantie?’ Ja dus, met hun jonge benen!

We maken een klein afslagje tot aan de ‘Queen Victoria hoodoo’. Die kreeg zijn naam omdat hij lijkt op een standbeeld van Queen Victoria. Niet zo speciaal eigenlijk, ik nam er zelfs geen foto van, de rest van de omgeving is véél mooier – maar hier een fotootje van internet.

Queen Victoria Hoodoo

Er zijn hier wel meer hoodoo’s met dergelijke namen, omdat hun vorm met wat verbeelding op iets uit de moderne tijd lijkt. Maar dat vind ik persoonlijk minder interessant. Het feit dat de natuur al die grillige vormen echt heeft gemaakt, en dan nog eeuwen geleden, is op zich al spectaulair en of dat dan in de vorm van een hondje is, dat kan mij precies niet boeien 😉

Daarna komen we bij Wall Street, een canyon (dus uitgesleten in de rotsen door het water), wauw! Opnieuw zigzaggend gaan we terug naar boven, met hier en daar een minuutje rustpauze hoor.

Nog een laatste blik op het prachtige Bryce Canyon en dan gaan we weer verder, op naar weer iets nieuws.

Nu zou je denken: amaai wat een prachtige wandeling, dat zal het dan geweest zijn zeker voor die dag? Mannekes, er staat ons vandaag nog veel te wachten hoor.

We rijden door naar Page, waar we als eerste stop de Glen Canyon Dam bezoeken. Want ja, men gaat niet naar de Verenigde Staten met een ingenieur mee zonder de Glen Canyon Dam te bezichtigen, blijkbaar 😉

Bij het bezoekerscentrum zijn er dinosporen die in de omgeving zijn gevonden. Wel minder spectaculair dan de sporen die we enkele dagen geleden bekeken hoor, vind ik persoonlijk. Het zijn namelijk geen ‘afdrukken’ maar afdrukken die later zijn opgevuld geraakt met klei en dié klei is dan versteend waardoor het oorspronkelijke spoor dus weg is maar als ‘mal’ is gebruikt en je zo toch kan zien welk beest daar gelopen heeft. Enfin, een hele uitleg, ik weet niet of jou dat interesseert maar nu weet je het toch maar 😉 Ook staan ze op een plaat die verplaatst is en dat vind ik dus minder cool dan echt OP de plek staan waar de dino gelopen heeft. Niet om te muggenziften ofzo 😉

We bezoeken het Visitor Center van de Glen Canyon Dam, eigenlijk vooral omdat daar airco is en het om 15u met 35° geen goed idee lijkt om al aan Horseshoe Bend te beginnen, maar het is heel interessant. Het centrum heeft een Technopolis-vibe met uitleg over de bouw van de Dam en hoe elektriciteit gewonnen wordt uit het water. En de airco doet deugd 😉

Tegen 16u willen we toch niet meer wachten. Tijd om Horseshoe Bend te gaan bekijken! We moeten er een wandelingetje van 3,6 kilometer (heen en terug samen) in de hitte voor trotseren, maar eigenlijk, met voldoende water mee, is dat geen probleem. Het moet toch zijn dat we beginnen te wennen aan de hitte. En tja, we zijn hier nu, er is zoveel te zien, ik denk dat we het gewoon maar accepteren dat het soms wat warm en lastig is en dat we zweten. Douchen ’s avonds heeft nog nooit zoveel deugd gedaan als tijdens deze reis 🙂

Horseshoe Bend overtreft ook weer àlle verwachtingen, amai dat de natuur zoiets heeft gemaakt dat is toch ongelofelijk! Morgen gaan we trouwens daar beneden varen met een boot, dan zien we het ook eens van de andere kant, van 300 meter lager.

We blijven maar netjes achter de balustrade, sommige waaghalzen / influencers staan los op de rotsen om foto’s te nemen maar ik heb gelezen dat hier elk jaar werkelijk mensen te pletter storten. Jullie moeten de balustrade maar gewoon wegdenken op de foto’s dan hé 😉

We doen wat boodschappen en checken in in het Red Rock Motel. Dat ligt in de ‘Little Street of Motels’, in de jaren 1956-1966 de straat met alle arbeidershuizen van mensen die de Dam bouwden en nu zijn ze allemaal omgebouwd tot motels. Een mooie plek, we hebben zelfs een voortuintje met tuinmeubilair.

Red Rock Motel (foto van streetview)

Daarna mogen de kinderen kiezen wat ze willen eten want er zijn hier veel opties. Natuurlijk kiezen ze McDonalds 😀 Maar ik ben zeker akkoord want ik heb reclame gezien voor de Limited Edition Chocolatey Caramel Pretzel McFlurry – dat klinkt toch als allemaal lekkere dingen in 1 ijsje dus die wil ik wel proeven.

hoe bedenken ze het – wel heel lekker

We rijden nog even naar het kantoortje waar we morgen moeten zijn voor de boottocht, kijken of dat klopt/bestaat enzo. We passeren ZEVEN verschillende kerken – allemaal nààst elkaar in dezelfde straat. Dan nog even spelen in de speeltuin in het stadspark van Page en terug naar ‘huis’. Morgen staat de wekker om 5 uur voor de boottocht op de Colorado rivier.

Dag 14: Zion National Park – Bryce Canyon

We ontbijten op onze kamer, zoals meestal. Aangezien er vaak maar 2 stoelen in onze kamer zijn, zijn Meneer en ik al goed in ontbijt op bed.

rare yoghurt potjes hé, ’t is net of je ze ondersteboven vasthebt

Deze ochtend willen we de Canyon Overlook Trail lopen, een wandeling van een uurtje naar naar het schijnt een mooi uitzichtpunt. We moeten ervoor naar de andere kant van Zion National Park, maar het ligt langs onze route naar Bryce. De wandeling start net na de historische tunnel van Zion, die ze in 1920 hebben uitgehakt in de rotsen. Enkel gewone auto’s mogen er altijd door rijden, brede campers mogen alleen overdag en worden dan begeleid door rangers want zij zouden er hun tegenliggers niet kunnen kruisen.

Ik begin zonder veel verwachtingen aan de wandeling want tjah, een tochtje van een uurtje in totaal, zoveel spectaculairs zal dat niet zijn zeker? We komen het gezin uit Aalst tegen dat gisteren en eergisteren in ‘ons’ zwembad zat, de wereld is toch klein hé 🙂

Amai, wat is me dat zeg: de wandeling ernaartoe is al prachtig en avontuurlijk, al wat onze kinderen wensen. En dat uitzichtpunt: WOW. Het is net of we midden in een postkaart staan!

Daarna rijden we door naar Bryce National Park. Weer iets waar ik weinig verwachtingen over heb Рik denk dat ik veel info heb opgezocht over de eerste locaties van onze reis maar nu zijn we halfweg en de tweede helft heb ik misschien ietsje minder goed voorbereid? Het is een park waar we maar 1 nacht blijven en het zal wel wat lijken op het vorige, zeker? In elk geval: ik word er w̩̩r omvergeblazen.

We kunnen al inchecken in Bryce View Lodge waar we logeren en rijden dan door naar het eigenlijke park. Morgen willen we er een hike doen, maar omdat het weer vandaag niet echt zeker is, doen we nu ‘alleen’ per auto de uitzichtpunten aan.

Volgens de legende geloofden vroegere bewoners van dit gebied dat de rotsen versteende mensen waren, die gestraft waren door de god coyote. Awel, eigenlijk, als ik daar loop kan ik het goed geloven, dat zij zoiets dachten. Het landschap is buitenaards. Zoiets heb ik nog nooit gezien. Het park staat vol, maar echt VOL “hoodoo’s “, een soort torens die door erosie gemaakt zijn. Kijk:

Natuurlijk moet het zwembad ook weer getest worden. Op de foto op de website leek het eerlijk waar 4x zo groot 😀 maar het voldoet ook hoor.

op de website

Morgen zullen we de hoodoo’s niet alleen van bovenaf bekijken maar gaan we wandelen er middenin. Maar eerst is er morgenochtend het eerste ontbijt-buffet van de reis, daar kijken we ook al naar uit haha!

Dag 13: Zion National Park

De wekker gaat al om 7 uur want we willen er vroeg aan beginnen. Vandaag staan The Narrows op het programma: een hike door de rivier. De Canyon wordt hier immers zodanig smal, dat het pad niet meer naast de rivier kan liggen maar ermee samenvalt. Speciaal hiervoor hebben we in Decathlon sandalen voor ons allevier gekocht, die ingepakt in onze bagage, maar aangezien Airfrance die nog steeds godweetwaar heeft liggen, hebben we in de Walmart nóg 4 paar sandalen gekocht. Hopelijk zijn de Narrows het waard! Spoiler: ja ze zijn het waard 😉

Deze bloemen kan alleen ’s voormiddags zien, in de namiddag is het te warm en gaan de kelken dicht.

Het water van The Narrows is best wel fris maar het went snel. Het is een hele belevenis om zo door het water te moeten waden. We gaan door tot het ons te diep wordt en keren dan terug. Deze wandeling kan je enkel doen als het weer en de weersvoorspellingen goed zijn. Bij een regenbui verderop kan de rivier heel plots beginnen stijgen en dan wil je niet in die kloof zijn natuurlijk.

Het lijkt misschien op de foto’s alsof we hier alleen zijn, maar dat is niet zo hoor 😉 Het is er druk genoeg.

Daarna nemen we de shuttlebus naar de start van de Emerald Pools trail. We nemen er véél foto’s van ‘Weeping Rock’ een soort waterval waar we ons echt onder bevinden, ‘huilende rots’. Maar in het echt was het veel mooier hoor, op foto zie je er niet zoveel van. Onder de Weeping rock picknicken we ook, een heel mooi plekje.

We zetten onze tocht verder naar de Upper Emerald Pool. Een pittige tocht, vooral door de warmte. Het is algauw weer meer dan 35 graden celcius. Halverwege vragen de mensen voor ons, met kleine kinderen mee, aan tegenliggers of het nog ver is, ja echt nog ver en lastig is het antwoord. Ze besluiten terug te keren. Als we er bijna zijn, peppen tegenliggers ons op met de belofte dat het nu niet meer ver is, en dat er veel schaduw is bij het meertje. Oef! We besluiten om bij het terugkeren dat ook door te geven aan de mensen die dan in aantocht zijn, want dat doet zo’n deugd om te horen.

In het echt is de Upper Emerald Pool een prachtig meertje dat inderdaad glinstert als smaragd, op foto komt het over als een bruin poeltje.

Daarna keren we terug langs een ander pad. Een prachtige afdaling met hele mooie vergezichten. We zouden nog een ommetoertje kunnen doen, het is nog niet lang na de middag het wordt natuurlijk alleen maar warmer en ons water is bijna op, dus we besluiten hier af te ronden en de rest van de namiddag in het zwembad te spenderen.

Plots vallen er enkele regendruppels. Op onze gsm’s krijgen we een waarschuwing binnen voor Flash Floods, we moeten ter plaatse blijven. The Narrows zullen nu wel afgesloten worden voor de rest van de dag. Het blijft bij enkele druppels regen, maar toch houden we het zwemmen voor bekeken want we krijgen honger dus het is tijd om te gaan eten.

We steken de straat over naar het restaurant tegenover ons motel: de Pizza & Noodle Company. We eten er heel lekkere pizza’s, hoewel ze wel een beetje raar zijn. Ik ga voor de Tree Hugger met lekker veel groentjes. Er liggen ook wortelen op, ik zei toch al dat het een beetje raar was? Maar ik eet graag wortelen en het smaakt goed hoor! Meneer heeft wat minder nood aan groentjes en kiest de Cholesterol Hiker 😀 Voor de jongens bestellen we een Boring Cheese Pizza 😀

de jongens hebben wel wat schermtijd verdiend

Na het eten zwemmen we wéér, tot zonsondergang. We pakken alweer wat in want morgen vertrekken we hier en rijden we naar Bryce Canyon. Maar niet voor we nog een laatste stukje Zion verkend hebben, dat staat voor morgen voormiddag op de planning.

Dag 12: Las Vegas – Valley of Fire – Zion National Park

Op weg van Las Vegas naar Zion National Park komen we langs de Valley of Fire (een State Park). Dat vond ik zó prachtig dat ik het zelfs wil vermelden in de titel 😉

We stoppen bij het verlaten van Las Vegas weer bij een Walmart om picnick te vergaren, en voor iedereen een set sandalen want die hebben we in Zion zeker nodig – zie later.

We picknicken onder het schaduwdak maar we moeten wel snel eten, want de kaas smelt terwijl we erop zitten te kijken.

Daarna beklimmen we de trappen naar Atlatl Rock, waar je oude rotstekeningen kan bekijken.

Ook de rest van Valley of Fire is prachtig. Heet, maar prachtig.

We zien ‘Lone Rock’ en ik laat de heren even poseren in de schaduw. Ze klagen dat ik sneller moet fotograferen want ze hebben het zelfs te warm om daar te zitten. Maar dat zie je niet op de foto hé 😀

We eindigen met een kort wandelingetje naar ‘Elephant Rock’. Het is echt maar een halve kilometer in totaal ofzo, maar dat is echt VER GENOEG IN DIE HITTE. Indrukwekkend.

Daarna stappen we terug in de deugddoende airco en drinken elk een kleine liter water.
Onderweg naar Springdale staat er nog 1 stop op het programma: we gaan dinosporen spotten! We moeten er een heel klein stukje dirtroad voor doen dus het avontuur begint al. We parkeren de auto bij Dino Cliffs Trailhead (gewoon een bordje in het zand hoor) en hebben dan een wandelingetje van in totaal 700 meter te gaan (heen en terug samen, maar echt dat is alweer VER genoeg in deze HITTE). Volgens de beschrijving moeten we naar beneden door het mulle zand, over het schildpaddenpoortje stappen en op het moment dat het pad lijkt te splitsen en we niet weten of we linksaf of rechtsaf moeten, staan we bovenop de dinosaurussporen. En het is nog waar ook!

Het is niet te vatten, wij staan gewoon op dé plek waar echte dinosaurussen hebben gelopen en hun sporen zijn er gewoonweg nog. De sporen zijn trouwens pas in het jaar 2000 ontdekt. Ik word er echt een beetje stil van. We zijn daar ook helemaal alleen, wat nog bijdraagt aan het gevoel ontdekkingsreiziger te zijn 😉 Als we wegrijden rijdt er al een andere auto de dirtroad op, voor zover ik kan zien ook met kinderen dus dat zullen ook wel dinofans zijn net als die van ons.

Daarna gaan we in rechte lijn door naar Springdale, waar we logeren in Zion park Motel bij de ingang van Zion National Park. Natuurlijk moet het zwembad daar nog uitgebreid getest worden. Het heeft zelfs een glijbaantje! Het motel heeft ook een klein speeltuintje. Blijkbaar is het motel in onze streken best bekend, want ’s avonds zitten we in het zwembad met 3 gezinnen: wij, een koppel Nederlanders en een gezin uit Aalst.

Als een echte Amerikaanse rijd ik met de auto naar de supermarkt, 400 meter verder. Meneer vraagt om een biertje mee te brengen want daar heeft hij zin in. Ze hebben alleen halve liters, maar het is wel Light Beer dus qua zattigheid valt het wel mee 😉 Ik moet natuurlijk mijn geboortejaar opgeven aan de kassa want ik zie er zó jong uit he.

Morgen gaan we twee hikes doen in Zion Park, we zijn al benieuwd!

Dag 11: Las Vegas

We zijn gisteren laat opgeweest en slapen vandaag uit. Zoals iedereen in Las Vegas, zeker? Ons appartement heeft ook een wasmachine dus we wassen al onze kleren.

Daarna doen we een toer langs 3 van de 5 zwembaden van het complex. Dat bij de lobby heeft een watervalletje, maar daar zijn alleen de kinderen van onder de indruk: we hebben al véél mooiere echte watervallen gezien he deze reis.

’s Middags jut ik de anderen op om snel te eten want ik wil eraan beginnen, genoeg met lanterfanten, ik wil naar de Strip!

We beginnen met Luxor, waar we dadelijk al onder de indruk zijn: we hadden geen idee dat de kamers van het hotel ook echt IN die piramide zitten.

Daarna zien we Excaliber (kasteelthema) en New York New York (met een achtbaan die door en rond het hotel loopt) en kiezen we M&M’s in de shop. Ik had ook zin in een ‘tastes of the world’ tray (8 of 16 verschillende smaken van over de hele wereld) van de Coca Cola shop, maar door gebrek aan personeel kan je die enkel in het weekend krijgen, jammer!

Daarna verder naar Paris (de Eiffeltoren is half zo groot als de echte) en Caesars Palace, waar we veel tijd doorbrengen omdat we lang moeten zoeken naar de show van ‘Atlantis’ – iets met robotpoppen en vuur, leuk voor de kinderen – en daarna ook weer lang moeten zoeken naar de uitgang van het casino. We vergokken enkele dollars maar we raken ze héél snel kwijt dus dat geven we al snel op.

De kinderen mogen trouwens ook ale casino’s binnen, maar mogen zeker niet gokken en zelfs niet kijken als er gegokt wordt. Het is de bedoeling dat ze op de paden blijven en niet te opvallend rondkijken 😉

Caesars Palace is ongelofelijk, het voelt alsof je in Rome loopt, niet tussen de ruïnes maar in het oude Romeinse keizerrijk. De plafonds zijn beschilderd met wolkenhemels dus je kan hier niet eens weten of het dag of nacht is buiten. Het is zoals met heel Las Vegas: ik kan niet echt zeggen dat ik het ‘mooi’ vind, niet zoals de natuur die we al hebben gezien prachtig is. Maar het is allemaal zo zot, zo absurd, zo geflipt.

We lopen verder, in en uit casino’s, stoppen voor een drankje of een ijsje, zien de fonteinshow van het Bellagio en eten in een ‘food court’ in één van de casino’s. Daar kan Meneer een burger eten, de kinderen kiezen pizza en ik ga voor Aziatisch waar ik al enkele dagen zin in heb. We kunnen het allemaal samen opeten. Kleine Broer verliest er een tand!

En weer verder: naar The Venetian met de echte gondels, de echte flamingo’s van The Flamingo en we eindigen met de uitbarstende vulkaan van The Mirage.

Hèhè, dat was een vermoeiende dag! Morgen rijden we door naar Zion National Park.

Dag 10: Death Valley – Las Vegas

Goeiemorgen! Bij het verlaten van Death Valley pikken we het uitzichtpunt ‘Dantes View’ nog mee, een hooggelegen punt waarover je een goed zicht hebt op de hele – tja – droge vallei zal ik maar zeggen. Indrukwekkend!

We rijden ook nog de ’20 Mule Team Canyon’, een rondrit van 4km met heel mooie uitzichten. Deze volgt een deel van de route die eind jaren 1800 werd gebruikt door konvooien met 20 ezels om borax uit de mijn van Death Valley naar Californië te brengen. Amai, dat moet nogal een tocht geweest zijn.

Bij het verlaten van Death Valley zien we 2 lopers. Aan het lopen. In de meer dan 40° Celsius. 😮 Echt, daar moet je slim voor zijn, er staan overal borden dat je zéér voorzichtig moet zijn in deze hitte. Er rijdt wel een auto in dezelfde richting, hopelijk voor hen is dat een volgauto want anders is dit echt levensgevaarlijk.

Daarna hebben we een hele rit voor de boeg naar Las Vegas. We verbazen ons erover dat er onderweg eigenlijk ‘niks’ is. Niet van ‘alleen maar huizen’ ofzo he, zelfs dat niet. Een autostrade met aan weerskanten gewoon niks, de volgende afrit is 100 km verderop. Dat is dan meestal een kruispunt met een andere grote weg waar ze twee casino’s en een liquor store hebben neergeplant. Toeval wil dat ik al veel thrillers gelezen heb die zich in zo’n gebieden afspelen en dus voelt het soms een beetje alsof ik ook in zo’n boek zit. Maar minder eng hoor!

Vlak voor Vegas rijden we nog door Red Rock Canyon. Daar picknicken we, maar het is zodanig warm dat we besluiten om dat gewoon IN de auto te doen, met draaiende motor. We zijn zeker niet de enigen die het zo aanpakken.

Las Vegas laten we eerst nog even links liggen want men gaat niet naar Vegas met een ingenieur mee zonder dat men de Hoover Dam bezichtigt 😉

Onze auto wordt vluchtig gecontroleerd want in de omgeving van de Dam mogen we, in tegenstelling tot de rest van de reis, géén wapens meenemen. Niet dat we die bijhadden hoor.

Daarna rijden we Vegas binnen via het fameuze ‘Welcome to Las Vegas’ sign. De wachtrij om erbij te poseren was zeker een halfuur lang, in die hitte, dus jullie moeten het met een foto van het bord doen waar ik niet opsta en die ik gewoon even snel tussen twee fotoshoots van échte influencers heb genomen die dat daar blijkbaar wèl voor over hebben.

even over de Strip rijden

We logeren in iets met de lange naam ‘Holiday Inn Club Vacation At Desert Club Resort’. Het is een soort complex met meerdere lage gebouwen en 5 kleine zwembaden ipv 1 groot, zodat niemand ooit meer dan 50 meter moet stappen naar het dichtsbijzijnde zwembad. Natuurlijk moet dat eerst even uitgetest worden. Goedgekeurd! We hebben er de meest luxueuze ‘kamer’ van de hele vakantie: een heel ruim appartement met aparte slaapkamers, een grote keuken met vaatwas, gigantische bedden, een balzaal van een badkamer. De inloopkast is serieus groter dan de héle slaapkamer die de jongens gisteren hadden, haha! Ook eens leuk!
Ik heb trouwens heel weinig foto’s van onze logeerplekken, als je die wilde zien had je mijn stories moeten volgen tijdens onze reis: Kleine Broer heeft elke keer een roomtour filmpje gemaakt dat ik daar postte. Daardoor heb ik er zo weinig foto’s van genomen. Ahja, het zijn maar plekken om te slapen he.

Na het avondeten gaan we Fremont Street bekijken. Dat is ‘de oude Strip’, in Downtown Las Vegas. Als we aankomen weet Kleine Broer al dat het zijn favoriete plek is: ‘Wauw alles is hier zo LUID en zo VEEL, IK VIND HET DE MAX’ 😀

We zien het Heart Attack Grill restaurant waar je gratis mag eten als je meer dan 350 pounds (160 kg) weegt en de bediening verkleed is als verpleegsters. De rode wijn krijg je naar het schijnt in een infuuszak maar dat kunnen we niet zien.
Overal zijn straatartiesten en luide muziek, en elk uur is er een muziek/lichtshow op de enorme schermen aan het plafond, die zijn een goeie 400 meter lang (geen typfout!). We kijken er onze ogen uit!

Oja, en er is ook een ‘zipline’: geregeld worden er mensen ‘afgeschoten’ net onder die schermen die aan een rotsnelheid naar de andere kant vliegen. Ik probeerde ze op foto te zetten maar daar passeerden ze te snel voor!

We lopen ook enkele casino’s in: we zoeken de Golden Nugget (’s werelds grootste goudklomp) in het gelijknamige Golden Nugget casino. Daar zien we ook de glijbaan van het zwembad: ze is doorzichtig en gaat door een aquarium waar haaien in zitten 😮
We eten een donut IN een casino. Hadden we niet bij stilgestaan, maar ze zorgen inderdaad dat je hier zonder problemen kan blijven gokken: je kan gewoon wat eten kopen binnenin het casino en dat opeten terwijl je verder blijft draaien aan de slotmachine.

Las Vegas is nu al LUID en VEEL maar we kijken al uit naar morgen om er MEER van te zien.

Dag 9: Bridgeport – Death Valley

’s Ochtends zien we nieuwsberichten over de grote bosbrand in Yosemite, waar wij gisteren wegreden. Het moet toen al begonnen zijn, maar wij hebben er niets van gemerkt.

We ontbijten in onze bungalow en pakken alles in. Niet dat er zóveel in te pakken valt, want van onze bagage is nog geen spoor. Ondertussen hebben we al berichten gelezen over de hele toestand bij Air France, er zijn miljoenen bagagestukken die zoek zijn dus we rekenen er eigenlijk maar niet meer op. Het gaat nu al 8 dagen zonder, dat geeft ons vertrouwen: desnoods doen we de rest van de reis ook wel zonder ons gerief (alleen hopen dat niemand van ons zijn bril breekt).

Bij het verlaten van Bridgeport bezoeken we Mono Lake, een heel zout meer met natuurlijk gevormde zoutpilaren. Speciaal om te zien! Het lijkt wel een maanlandschap.

We eten onderweg in de McDonalds van het dorpje Bishop en rijden daarna ons volgende Nationale Park binnen: Death Valley!

wilde ook zeker een foto van zichzelf in de woestijn

De temperatuur stijgt gestaag verder: het hoogste wat we zien is 120° Fahrenheit, dat is omgerekend zomaar eventjes 48,8° Celcius. We houden het dus bij parkeren – uitstappen, rondkijken en poseren voor een foto – terug instappen en zuchten dat het héét is en een half litertje water opdrinken.

We logeren in ‘The Ranch at Death Valley’, een hotelcomplex in een oase in de woestijn.
Na het inchecken zijn de jongens héél blij met het eerste zwembad van de reis!

De 100 meter van onze kamer naar het zwembad is echt om te sterven zo heet, dus het zwembad doet echt deugd – zelfs al is het water eigenlijk net iets te lauw, het had wat frisser gemogen! Aan de leuning van het trapje hangt speciale stof want anders is die gewoon te heet om vast te nemen. Het is ook de kunst om je slippers dicht bij het trapje te zetten, want meer dan 4 stappen op je blote voeten wil je hier echt niet moeten zetten auau!

Na het avondeten bezoeken we enkele highlights van Death Valley:

Badwater Basin, op 85,5 meter onder de zeespiegel. Hier komt al het regenwater van Death Valley terecht en verdampt er.

Regen in de woestijn? Jazeker, het regent hier gemiddeld pakweg 55 cm per jaar – maar typisch wel vaak allemaal in grote buien, zo valt er een maand na ons verblijf 37 cm in enkele uren tijd waardoor er overstromingen zijn en het hotel 2 weken niet bereikbaar is. Wij hebben er geen drupje gezien 😉

Devil’s Golf Course, waar je door de zoutafzettingen niet eens kan op lopen.

Artist’s Palette, waar de woestijn alle kleuren van de regenboog aanneemt. We hadden geen idee dat ‘woestijn’ zo mooi kan zijn! En zo winderig, trouwens. Als je uitstapt voelt het alsof er warme haardrogers in je gezicht blazen, de héle tijd. Valt het op dat de kinderen nu niet meer poseren – ze vragen om de auto en airco aan te laten en beweren dat ze het van achter de ramen even goed kunnen zien 😉 We laten hen maar doen want je voelt inderdaad met elke vezel van je lijf dat dit geen gezonde temperatuur is om in te verblijven. Maar gewoon even kort uit de auto zijn lukt nog net.

Voor de zonsondergang rijden we naar Zabriskie Point. Daar moeten ze wel even uit de auto van ons 😉 Het is ongelofelijk!

Tijd om terug naar het hotel te gaan. Slaapwel! Morgen gaan we naar Vegas, baby!

Dag 8: Yosemite National Park – Bridgeport

Goeiemorgen!

’s Ochtends gaan we weer lekker ontbijten op de camping en kopen een picknick voor deze middag want onderweg komen we weinig geen winkels tegen.

We pakken ons boeltje in en bezoeken nog een waterval: de Lower Yosemite Fall. Het is gewoon een kort wandelingetje van 800 meter en redelijk vlak dus die willen we toch even gaan bekijken. Mooi!

Daarna rijden we het park uit. We volgen de ‘Tioga Pass’ (het hoogste punt van de reis 3031m) en passeren langs Olmstead Point (uitzichtpunt) en Tenaya Lake, waar de jongens een mini-zwemmetje doen.

De route is heel mooi met veel uitzichtpunten, maar er zijn ook grote werken aan de gang. Redelijk logisch dat ze aan deze weg moeten werken, want elk jaar van november tot mei ligt deze weg helemaal ondergesneeuwd en kan hij dus niet gebruikt worden.

We zien personeelsleden die als enige taak hebben ‘het stopbord zijn’. Echt waar: bij het begin van elke zone staat iemand met een stopbord in zijn handen. Wanneer hij per walkie-talkie bericht krijgt van de overkant dat de laatste auto gepasseerd is, draait hij zijn bord om en staat er ‘slow’. Delen van de route moeten we ook achter een ‘pilot car’ aanrijden, dus als we even stoppen bij een uitzichtpunt moeten we een tijd wachten op de volgende pilot car om weer verder te kunnen.

Uiteindelijk komen we bij iets wat ik enthousiast op het to-do-lijstje heb gezet voor deze reis: het spookstadje Bodie.

In 1859 werd hier goud ontdekt waardoor het in de daaropvolgende jaren een heel druk goudzoekersdorp werd, in 1880 waren er wel 60 saloons en meer dan 10.000 inwoners. Toen er na 1913 bijna niks meer gevonden werd, raakte de stad helemaal in verval en bij een brand raakte er ook veel vernietigd. Maar een deel van het dorp staat nog recht en kan je dus bezoeken.

De weg ernaartoe is een ‘dirt road’ (onverharde weg) van 3 mijl dus dat is nog best een avontuurtje.

We rijden nog even door naar Bridgeport, het dorpje waar we zullen logeren. We hebben er een bungalowtje met keuken dus ik wil nog even langs de enige supermarkt in het dorpje zodat we zelf kunnen koken, maar die blijkt om god weet welke reden toch gesloten. De buurtbewoners sturen me naar een tankstation iets verderop waar ik eten zou kunnen kopen. Ik loop er een hele tijd rond want het is best groot maar toch een hele zoektocht naar iets wat er euh, lekker uit ziet. Ik dacht van eindelijk nog eens veel groentjes te kunnen eten maar dat is dus moeilijker dan gedacht. Het wordt een héél simpel maaltje van pasta, hotdog worstjes en perziken in blik 😀 Oja, en als dessert een soort vanillepudding ‘met echte melk’ staat er op de verpakking maar je hoeft het niet in de koelkast te bewaren en het is nog anderhalf jaar houdbaar… eek.

De ‘soort van camping’ (het heet Virginia Creek Settlement) met een tiental bungalows heeft leuke speeltuigen staan en we krijgen een zakje visvoer om de vissen die in een grote tank gekweekt worden te voeren.

We krijgen ook een pakketje ‘smores’ (koekjes met marshmallow en chocolade) dus we hebben nòg een dessertje, lekker!

Leuk dat we wat dingetjes krijgen; dit is dan ook wel één van onze duurste logeeradressen terwijl het toch een heel eenvoudige bungalow is, maar matig proper en met een erg kort en klein bed. Ze kunnen duidelijk wat meer vragen aangezien er in de omgeving weinig andere logeerplekken zijn en iedereen hier een stop nodig heeft op weg naar/van Death Valley. Maar goed, we hebben natuurlijk wel een heel huisje en tuintje in plaats van alleen een slaapkamer ter beschikking, ook eens leuk.

Morgen: op naar Death Valley!

Dag 7: Yosemite National Park

We hebben goed geslapen in onze tent. Ontbijten doen we in het ‘paviljoen’ waar de jongens kennismaken met American pancakes. Voor mij hebben ze yoghurt met granola en voor Meneer croissantjes en goeie koffie dus we zijn allemaal content.

Daarna shoppen we in het winkeltje een picknick bijeen (Lunchables maar ditmaal de pizza-versie, slaatjes en wat fruit). Tijd om de shuttlebus te nemen naar de start van onze wandeling!

Vandaag lopen we de ‘Nevada Falls’ hike. Op deze wandeling van een 11-tal kilometer zien we 2 verschillende watervallen, de Vernal Fall en de Nevada Fall, eerst van onderaf en later van bovenaf. 610 hoogtemeters, ‘smoet mo je kietn’.

De eerste goeie kilometer bestaat uit een verhard pad tot aan het brugje. Hier zijn we nog fris en fruitig op de Vernal Fall Bridge:

Rechtsachteraan kan je heel klein de Vernal Fall waterval al zien.

Na de brug gaan we over op een granieten trap van 600 treden die de ‘Mist Trail’ wordt genoemd, omdat er door het stuiven van de waterval altijd mist lijkt te hangen. Die frisse mist doet best deugd want het is nog ochtend en toch al een 25 graden.

in de lente, als alle sneeuw aan het smelten is, is de waterval veel breder

We klimmen verder zodat we de waterval ook van bovenaf kunnen zien.

Daarna gaat de tocht verder langs een rotsenpad, steil omhoog naar de Nevada Fall. Onderweg is het ook tijd voor lunch op alweer het allermooiste picknickplekje.

We nemen het ‘John Muir Trail’ terug naar beneden, dit is een pad waar ook paarden welkom zijn. Ik heb veel bewondering voor paarden die met hun 4 benen dit pad kunnen bewandelen want met mijn 2 benen is het al intensief om telkens te kijken waar ik mijn voeten kan zetten. We komen wel geen paarden tegen. We worden (natuurlijk) weer getrakteerd op prachtige uitzichten.

haarspeldbocht

Onderweg doet mijn gsm plots ‘pling’. Ik denk: huh, pling? Ja hoor, eventjes is er daar 3G/4G bereik dus dan kan ik enkele foto’s online plaatsen en wat berichtjes sturen naar het thuisfront 😀 Het is toch even wennen hoor om zo niet bereikbaar te zijn.

We zijn allemaal trots als we terug beneden zijn, wat hebben we dat goed gedaan! De laatste kilometer moeten we opnieuw langs het verharde pad van deze ochtend, nu naar beneden. Dat voelen we best aan onze spieren. Voor ons lopen mensen die denken dat het beter lukt als ze achterwaarts lopen, maar dat lijkt me toch niet zo handig 🙂

We trekken nog naar het ‘Yosemite Visitor Center and Theatre’ , waar we een heel mooie film kunnen bekijken over de vallei. We kopen er ook een magneet voor op de diepvriezer thuis.

We nemen de shuttlebus terug naar Camp Curry en halen ons douchegerief. Gisteravond na het avondeten hebben we geen douche kunnen nemen want de rij was ongelofelijk lang. Vandaag hebben we écht nood aan een douche en hebben we een beter plan: Meneer en Grote Broer zullen aanschuiven bij de herendouches, daar valt de rij zo in de vooravond nog wel mee. Kleine Broer en ik trekken naar de douches van het zwembadgebouw want ik herinner me plots dat ik in een review las dat daar altijd plaats vrij is. Het plan werkt: ik neem er tegelijk de beste en de slechtste douche van mijn hele leven. De beste, want na zo’n wandeling in de hitte en het stof is het echt zàlig. De slechtste, want op vertoon van de sleutel van onze cabin krijgen we de kleinste en meest versleten handdoeken die ik ooit heb gezien. Als ik hem aan het haakje in de douchecabine hang, scheurt er vanzelf een gat in. De cabines in het zwembadgebouw hebben niet eens deuren die je kan op slot doen, enkel versleten gordijntjes. Echt, ik voel me precies in Alcatraz! Gelukkig is er niet veel volk en is het water lekker warm. Heerlijk!

Daarna is het tijd voor nog een pizza van het Pizza Deck. De Pizza ‘El Capitan’ smaakt even goed als gisteren.

Weer nog even wat rondhangen in de lounge, met de zaklamp terug naar de tent/cabin en ons bedje in. Morgen verhuizen we naar Bridgeport.

Ps: vind je het leuk om over ons avontuur te lezen? Laat gerust eens een berichtje achter, ter motivatie van het schrijven 😀
Linksboven op de site kan je ook je e-mailadres invoeren, dan krijg je vanzelf een maitlje met het vervolg.